Babette Jane de Haan

‘Ik vind het mooi dat kinderen oplichten als ik de klas inkom. “Jippie, we krijgen muziekles”’

 

De ondersteuner van vandaag is Babette de Haan, muziekdocent op Montessori Boven ‘t IJ locatie Kampina.

 

‘Ik ben vanuit Muziekschool Amsterdam Noord voor Innoord werkzaam op Montessori Boven ’t IJ locatie Kampina. Toen ik van het conservatorium af kwam speelde ik veel saxofoon in verschillende bands en ik gaf saxofoonles. Op een gegeven moment ging ik voor Art in Rhythm werken, een bedrijf dat muziekseminars gaf aan het bedrijfsleven. Grote groepen mensen die nog nooit een instrument in handen hadden gehad samen laten spelen was een immens gave ervaring. Hier ontstond mijn passie om met groepen te werken. Omdat ik veel van kinderen hou en er weinig aanbod was voor peuters op dat moment ontwierp ik een eigen cursus; Peuters in Muziek. Deze cursus geef ik nog steeds aan kinderdagverblijven. Ik maakte een cd met kinderliedjes “Het kwetterbos” waaruit een muziekvoorstelling voor peuters en kleuters vloeide genaamd “Een reis naar de oase”. Op een gegeven moment vroeg de muziekschool of ik ook op basisscholen wilde lesgeven. Dat was een hele leuke uitdaging. Inmiddels heb ik mijn eerstegraads lesbevoegdheid voor muziek gehaald en wordt het werk alleen maar leuker.’

 

‘Jonge kinderen staan open voor gekke spelletjes en liedjes waardoor je ze op een leuke manier veel kunt leren over muziek. Daarbij zorgen zingen, luisteren en spelen met instrumenten ervoor dat de verschillende hersengebieden op andere manieren met elkaar gaan communiceren en samenwerken dan vakken als taal en rekenen. Wat ik mooi vind om te zien is dat kinderen oplichten als ik de klas inkom. “Jippie, we krijgen muziekles” Soms hoor ik van leerkrachten dat een kind geen interesse heeft in de “normale” vakken maar bij muziek een hele andere kant van zichzelf laat zien. Mijn droom is dat iedere school een extra lokaal krijgt voor de vakken muziek, tekenen en handvaardigheid zodat deze lessen weer wekelijks op het schoolmenu komen te staan!’